Werkwinkel maken
De ideale werkwinkel is er eentje waarbij iedereen enthousiast mee doet én iets opsteekt. Ontdek hier de sleutels tot succes.
Waarom we van werkwinkels spreken en niet van workshops? Het is een raadsel. Maar hoe geef je ze nu op een frisse manier. Een manier die deelnemers boeit en niet het bos in doet kruipen op herfstontmoeting? Hieronder vind je het recept voor een goede voorbereiding.
Geef mensen een recept, maar daarmee kunnen ze nog niet koken. Wil je, vorming geven, oefenen in een veilige omgeving, en meer leren over begeleidershouding enzovoort? Leer op instructeurscursus alle kneepjes van het vak.
Maak een werkwinkel in zes stappen
- Stap 1: Bepaal de beginsituatie
- Stap 2: Zoek achtergrondinformatie op
- Stap 3: Bepaal de leerdoelstellingen
- Stap 4: Werk methodieken en werkvormen uit
- Stap 5: Bepaal de opbouw van je werkwinkel
- Stap 6: Evalueer
Stap 1: Bepaal de beginsituatie
Elke werkwinkel is anders. En dat heeft ook vaak met de context te maken. Stel jezelf vooraf de volgende vragen:
- Aan wie geef ik werkwinkel? Hoe groot is de groep? Welke leeftijd en ervaring hebben de deelnemers? Kennen ze elkaar?
- Wat is het thema van de werkwinkel? Wat zouden de deelnemers kunnen verwachten? Wat zouden ze al weten over het onderwerp?
- Wanneer? Wanneer gaat de werkwinkel door? Op welk moment van de dag en hoe lang duurt de werkwinkel?
- Waarmee? Welk materiaal heb je ter beschikking?
- Aantal begeleiders? Met hoeveel geef je de werkwinkel?
Stem je keuzes af op de context waarin je vorming geeft. Als je op herfstontmoeting op een hete middag, met 20 ervaren groepsleiding in de werkwinkel Kapoenen voor Dummies zit. Dan is er maar 1 mogelijkheid. Aanpassen of afvoeren!
Stap 2: Zoek achtergrondinformatie op
Deelnemers van vormingen verwachten uiteraard een zekere kennis van jou als begeleider. Je moet geen expert zijn, maar je inlezen kan nooit kwaad.
Scouts en Gidsen Vlaanderen heeft ontzettend veel publicaties waaruit je informatie kan putten. En ook onze website biedt uitgebreid informatie aan.
Veel werkwinkels zijn ook reeds uitgewerkt.
Verder vind je op internet veel informatie, vaak voor scholen, maar zeker aanpasbaar naar de scoutingcontext.
- In}leiding boekjes
- Over & Weer
- Andere publicaties
- Werkwinkeldatabank
- Vormingsbegeleiding
- Tinternet
- Ploegen hebben ook massa’s informatie
- Je straffe kennis en eigen ervaring
Tip: Wij snode vormingsbegeleiding maken wel eens gebruik van een smerig trucje. Deelnemers weten vaak heel veel over het onderwerp zelf. Het kan zinnig zijn om vroeg in de werkwinkel hen te laten uitwisselen over het onderwerp om zo te bepalen wat er in de groep al van kennis aanwezig is. De smartpants hun ego wordt gestreeld en de rest leert er iets van bij.
Stap 3: Bepaal de leerdoelstellingen
Bepaal de doelstelling van je werkwinkel. Wat wil je dat de deelnemers op het einde van de werkwinkel kennen en kunnen?
Analyseer die doelstellingen en splits ze op in kleinere delen. Neem enkel de belangrijkste doelstellingen als er te veel zijn.
Bijvoorbeeld: doelstellingen voor het thema verzekeringen:
- De belangrijkste verzekeringen van Scouts en Gidsen Vlaanderen kennen (burgerlijke aansprakelijkheid, materiaal, ongevallen).
- Weten wat er met het lidgeld verzekerd is.
- Weten hoe je een schade aangeeft.
- Termen die nodig zijn in de communicatie rond verzekeringen kennen (aansprakelijkheid, franchise …).
Stap 4: Werk methodieken en werkvormen uit
Je hebt nu een concrete beginsituatie (wat?) en een concrete doelstelling (waar naartoe?). Daartussen ligt de manier waarop je het doel wilt bereiken (hoe?).
Leerdoelen kunnen op duizend verschillende manieren bereikt worden:
- Spelen
- Rollen- en situatiespelen
- Discussie
- Presentatie
- Creatieve expressie
- Ervaringsgerichte opdrachten
- …
Er bestaan heel wat websites die je kunnen helpen met creatieve werkvormen.
- Werkwinkeldatabank
- Werkvormendatabank
- Boeken
- In het Scoutshuis in de bibliotheek staan er massa’s.
Stap 5: Bepaal de opbouw van je werkwinkel
Een werkwinkel verloopt meestal volgens een bepaald patroon:
- Kennismaken
- Verwachtingen
- Werkvormen
- Energizer
- Evalueren
Nog extra tips om je vorming samen te stellen:
- Zorg voor afwisseling: actief passief, denken doen, creatief droog.
- Ga na wat de deelnemers al weten over het onderwerp. zo stem je de inhoud af op de doelgroep.
- Bedenk wat je zeker wil overbrengen, start daarvan.
- Probeer een beginsituatie te achterhalen. Wie ga je voor je hebben? Weet je al welke vragen er mogelijks zijn?
- Laat ruimte voor eigen inbreng van deelnemers, die is sowieso op het niveau van de andere deelnemers.
- Zit er uitwisseling in?
- Nodig uit tot inbreng van deelnemers, situaties of voorbeelden waarmee men zelf mee komt zijn vaak meer waardevol dan een voorbereide ‘casus’.
Stap 6: evaluatie van het vormingsmoment
Na de werkwinkel is het goed om even stil te staan bij het volledige vormingsmoment. Neem de evaluatie van de deelnemers even bij de hand en koppel die aan je eigen evaluatie:
- Ben je tevreden over de opbouw van de werkwinkel?
- Heb je de vooraf opgestelde leerdoelen gehaald?
- Wat zou je de volgende keer anders doen?
- Hoe verliep de samenwerking met je (eventuele) co-begeleider?
- Zijn er zaken die de organisatie (groep, district, gouw, cursusbegeleiding) moet weten voor een volgende keer? Vertel hen dat dan ook.
Ben je geholpen met deze info?