Vertel me hoe je leeft en ik vertel je wie je bent?!

Doel:

• Nadenken over stereotypen
• Spreken over geloven en het uitdragen van geloof.

Verloop:

Deel 1:

Verdeel de groep in verschillende groepjes. Elke groep krijgt één (of meerdere, afhankelijk van de grootte van de groep) omschrijving van een bepaalde persoon. Men moet een beeld van deze persoon maken met materiaal die men uit tijdschriften knipt (een soort van collage). Men moet bij elke persoon ook een dagboekfragment schrijven, waarin volgende elementen moeten voorkomen: een aanspreektitel voor het dagboek, beschrijving van een situatie die thuis gebeurde, beschrijving van een situatie die op school gebeurde en beschrijving van een uitje met vrienden.

Daarna stelt ieder groepje zijn collage voor en ook de dagboekfragmenten worden voorgelezen. Er kan een gesprek op gang gebracht worden aan de hand van volgende vragen:

·       Wat valt jullie op?

·       Zijn jullie het eens met hoe de beschreven personen door de groepjes afgebeeld worden?

·       Welke waarden vindt deze persoon belangrijk volgens jullie? Waarom?

(> Hoe men eruit ziet, wil ook iets zeggen over waar men in gelooft, welke boodschap men naar de wereld wil brengen.)

Deel 2:

De begeleiding stelt nu de vraag aan elke groep om een collageblad en een dagboekfragment te maken van een ‘gelovige jongere van 14 jaar’.

De dagboekfragmenten worden voorgelezen en de collages worden voorgesteld:

·       Wat valt je op?

·       Komen er stereotypen in terug?

·       Welk geloof heeft deze 14-jarige? Aan wat zie je dat?

Deel 3:

Nadien kan het geheel van de activiteit worden nabesproken. Dit kan gebeuren aan de hand van volgende vragen:

• Was dit een makkelijke opdracht? Waarom (niet)?
• Klopt het beeld van de gelovige met hoe jij eruit ziet?
• Hoe kan je uiterlijk tonen dat je gelovig bent?
• Hoe kan je daar op een andere manier van getuigen?
• Doe jij dit soms? Wanneer en waar durf je dit wel, en wanneer en waar durf je dit niet?

Materiaal

tijdschriften, papier, balpennen en lijm