Kolonisten van Catan
Doel van het spel: zo veel mogelijk straten, dorpen en steden bouwen Spelverloop: De groep wordt in 5 groepen verdeeld. De groepen zijn: wei, rots, bos, veld en woestijn. Elke groep heeft zijn eigen grondstof. Wei heeft schaap/gras, rots heeft erts, bos heeft hout, veld heeft graan en woestijn heeft steen. Elke groep zoekt in het bos een kamp waar hij zijn grondstofkaartjes veilig weglegt. Hier mogen de andere groepen niet aankomen. Het doel van het spel is om zoveel mogelijk straten, dorpen en steden te bouwen. Om dit te kunnen doen heeft men verschillende grondstoffen nodig: STRAAT à steen + hout DORP à erts + schaap + graan STAD à erts + erts + schaap + graan + hout + steen (Het eerste dorp wordt gratis gegeven!) Om deze grondstoffen te bekomen is het de bedoeling om de groepen met deze stoffen uit te dagen. Men probeert ze te tikken en speelt dan een spel (hanengevecht, krokodillengevecht, schaar-steen-papier, adem inhouden,...) Je krijgt een kaartje als je de andere groep getikt hebt EN het spel gewonnen hebt. Als je de juiste grondstoffencombinatie hebt kan je naar de kaart gaan en je straat / dorp of stad gaan bouwen. (LET OP: Tussen alle dorpen en steden moeten minstens 2 straten liggen!) De leiding die bij de kaart zit, kijkt de grondstoffen na en tekent op de kaart de gebouwde dorpen e.d. in de kleur van de groep. Buiten de straten, dorpen en steden, kunnen de groepen ook nog een ontwikkelingskaart kopen. Hiervoor is nodig: hout + schaap + graan + steen. Een ontwikkelingskaart kan zijn: een ridderkaart (als men deze heeft, mag men een groep tikken en een kaartje trekken uit hun verzamelde kaarten), een monopoliekaart (met deze kaart mag men alle kaarten opeisen van 1 grondstof die een groep verzameld heeft. Maar het mag niet de grondstof zijn die de groep zelf heeft! bv. aan de groep Bos, mag niet al het hout gevraagd worden!) en een uitvindingskaart (hiermee mag je 1 kaart van een willekeurige grondstof eisen). Om het wat moeilijker te maken, lopen er in het bos ook 1 of meerdere struikrovers rond. Als zij een groep tikken, spelen zij eveneens een spel. Verliest de groep dan mag de struikrover uit hun kaarten een kaartje kiezen dat hij wegneemt. Elk lid van een groep moet minstens 1 en mag max. 3 kaartjes van zijn eigen grondstof bij zich hebben. Heeft hij dat niet meer dan moet hij terug naar zijn kamp om er te halen. Achteraf worden de straten, dorpen en steden geteld. Een straat is 1 punt, een dorp 2 ptn en een stad 3 ptn. De groep met de meeste punten is gewonnen.
Opmerkingen
We hebben dit op kamp gespeeld met tito's en ze vonden het de max! maar voor andere leeftijden is het zeker ook geschikt
van Marijke Nollet, AG/0209, Chiro Broechem, Broechem
Materiaal
- 5 gekleurde stiften
- 1 kaart van Catan
- voldoende grondstofkaartjes
- 10 ridderkaarten
- 3 monopoliekaarten
- 5 uitvindingskaarten