Gps in praktijk

Een GPS-ontvanger is een toestel dat aan de hand van uitgezonden satellietsignalen je positie berekent. Die positie wordt uitgedrukt in coördinaten volgens een op het toestel aan te duiden stelsel, bv. graden UTM of Lambert. Over UTM vind je meer uitleg in Over & Weer november 1999. De parameters van het Lambertnet kan je verkrijgen bij het Nationaal Geografisch Instituut (NGI).

Op tocht

Je kan een GPS-toestel gebruiken om er een tocht mee voor te bereiden. Daartoe stel je eerst de waypoints (bepaalde coördinaten) in, waarna de GPS met een overzichtspagina zal vertellen hoe je het doel van je tocht  kan bereiken. Op verdere pagina’s vind je een pijl die de richting aangeeft, het te volgen aantal graden, je wandelsnelheid, je afstand tot het punt, de huidige tijd en je huidige koers.
Veel GPS-toestellen kunnen ook de hoogte weergeven. Helaas is dit meestal niet zo nauwkeurig, omdat zelden met het werkelijke aardoppervlak wordt rekening gehouden, enkel met wiskundige benaderingen daarvan.

Geen kompas

Hoe raar het ook mag klinken, een GPS-toestel is géén kompas. Je hebt bij de meeste GPS-toestellen wel een kompasfunctie tijdens een verplaatsing, maar niet als je stil staat. Een GPS kan je koers namelijk alleen berekenen als je je verplaatst. Kaart en kompas blijven dan ook nog steeds handige instrumenten voor een scout of gids op weg.

Open zicht

Een GPS is vooral handig op plekken met een ‘clear view’ of open zicht. Het toestel moet namelijk voldoende gegevens kunnen verzamelen van de satellieten. Je positie bepalen in een tent is meestal nog mogelijk, in huis niet meer.

Gebruik

1. Je kan GPS-toestellen gebruiken om een wedstrijd te houden tussen twee patrouilles: een patrouille met kaart en kompas en één met een GPS-toestel dat op voorhand is ingesteld.
2. Een GPS-toestel kan ook nuttig zijn tijdens meerdaagse tochten door een monotoon landschap waar het moeilijk is om ‘herkenningspunten' te vinden. Zo zal het toestel je onmiddellijk weten te vertellen waar je je bevindt.
3. Tijdens een dropping kan je een ingesteld GPS-toestel meegeven als noodopdracht of noodenveloppe. Als er iets zou gebeuren vertelt het:

• in welke richting en op welke afstand je weekendplaats ligt.

• welke de dichtstbijzijnde controlepost is.

• hoe lang het nog stappen is tot de post.

Belangrijk is wel dat je leden een minimale kennis hebben van GPS, dat je GPS ontvangst heeft en opgeladen batterijen.