Zeeslag variant
De groep wordt in twee teams verdeeld. Elk team maakt een kamp en duidt een strateeg aan die de kaart van zeeslag (kaart met coördinaten) krijgt.
Het team zet eerst zelf een aantal boten uit op een kaart (boten van 2/3/4/5 hokjes, al naargelang met hoeveel spelers je bent) Als deze kaart ingevuld is, geeft men deze af aan de tito/keti/aspileider die verantwoordelijk is voor deze groep.
De strateeg moet ondertussen zelf kaartjes uitschrijven met coördinaten erop vermeld. Ieder teamlid krijgt zo'n kaart opgespeld en probeert hiermee in het kamp van de andere binnen te raken. Indien dit lukt, wordt de kaart daar afgegeven aan de tito/keti/aspileider, deze zegt dan als er al of niet een boot van hun opstelling geraakt is (zoals zeeslag). Met die info keert de speler terug naar zijn kamp waar hij de info deelt met de strateeg, zo kan hij/zij de aanvallen beter coördineren.
Elke speler krijgt ook een blaaspijp en papieren pijlen mee, waarmee hij een tegenstander kan uitschakelen. Indien iemand van het andere team geraakt wordt door een vijandige pijl, moet deze zijn kaartje met coördinaten afgeven. Hierdoor moet hij dus terug naar zijn eigen kamp, om opnieuw een nieuw kaartje te krijgen en zo opnieuw te kunnen gaan aanvallen.
Je kan dus pas iemand aanvallen indien:
- je zelf een kaart met coördinaten hebt opgespeld
- je doelwit een kaart met coördinaten hebt opgespeld
Een extra element kan zijn dat leiders ook elke speler kunnen aanvallen. Een speler mag -uiteraard- de leider niet aanvallen, de leider heeft ten slotte altijd gelijk
Het team zet eerst zelf een aantal boten uit op een kaart (boten van 2/3/4/5 hokjes, al naargelang met hoeveel spelers je bent) Als deze kaart ingevuld is, geeft men deze af aan de tito/keti/aspileider die verantwoordelijk is voor deze groep.
De strateeg moet ondertussen zelf kaartjes uitschrijven met coördinaten erop vermeld. Ieder teamlid krijgt zo'n kaart opgespeld en probeert hiermee in het kamp van de andere binnen te raken. Indien dit lukt, wordt de kaart daar afgegeven aan de tito/keti/aspileider, deze zegt dan als er al of niet een boot van hun opstelling geraakt is (zoals zeeslag). Met die info keert de speler terug naar zijn kamp waar hij de info deelt met de strateeg, zo kan hij/zij de aanvallen beter coördineren.
Elke speler krijgt ook een blaaspijp en papieren pijlen mee, waarmee hij een tegenstander kan uitschakelen. Indien iemand van het andere team geraakt wordt door een vijandige pijl, moet deze zijn kaartje met coördinaten afgeven. Hierdoor moet hij dus terug naar zijn eigen kamp, om opnieuw een nieuw kaartje te krijgen en zo opnieuw te kunnen gaan aanvallen.
Je kan dus pas iemand aanvallen indien:
- je zelf een kaart met coördinaten hebt opgespeld
- je doelwit een kaart met coördinaten hebt opgespeld
Een extra element kan zijn dat leiders ook elke speler kunnen aanvallen. Een speler mag -uiteraard- de leider niet aanvallen, de leider heeft ten slotte altijd gelijk