Halloweenspelletjes
Dit zijn allemaal kleine spelletjes in het thema van Halloween.
Pompoenendans
Blaas een aantal oranje ballonnen op en laat de kinderen er met zwarte merkstift een pompoen gezicht op tekenen. Zet dan de muziek aan; iedereen moet dansen en ondertussen zijn of haar ‘pompoen’ in de lucht houden. Wie dit het langste volhoudt, heeft het Halloween spelletje gewonnen. Als er veel kinderen op het Halloween feestje zijn, kun je dit spel eventueel ook in duo’s spelen; dus twee kinderen moeten samen één ballon hoog houden.
Vleermuis in de grot
Dit Halloween spel speel je in een donkere kamer! Laat de kinderen in een kring staan of op de grond zitten. Nu moeten ze een vleermuis aan elkaar doorgeven – het maakt niet uit welke kant op – totdat het licht in de kamer aan gaat. Wie de vleermuis dan in zijn of haar handen heeft, is af. Zo gaat het spel door totdat er één kind overblijft. De vleermuis kun je zelf maken van een wc rol, of je gebruikt een knuffel.
Extra: Als de leiding ‘wissel’ roept, wordt de vleermuis langs de andere kant doorgegeven. Als de leiding ‘help’ roept, wordt de vleermuis naar de overkant van de kring gegooid. (Je kan hier zelf ook nog andere woorden voor verzinnen!)
Oogbal estafette
Teken met merkstift ogen op twee pingpongballen. Verdeel de kinderen dan in twee teams. Nu moeten ze om de beurt een parcours afleggen waarbij ze een eetlepel met daarop ‘het oog’ in hun hand houden, zonder dat de bal er vanaf mag vallen. Valt hij wel, dan moet het kind weer bij het begin van de route beginnen. Het team dat als eerste klaar is, heeft gewonnen.
Spinnenrace
Je laat twee kinderen aan een kant van een gladde tafel zitten. En dan moeten ze proberen om een spinnetje met een rietje naar de andere kant van de tafel te blazen. Wie het spinnetje het eerst over de rand bij de tegenstander krijgt, heeft gewonnen.
Schrikkertje
De tikker moet proberen om de andere kinderen te tikken en roept tegelijkertijd ‘Boe!’. De kinderen die getikt zijn, blijven van schrik versteend staan totdat een ander kind ze komt bevrijden met een omhelzing.
Griezeldans
Zet de (halloween)muziek lekker hard aan en laat de kinderen erop dansen. Maar niet zomaar! Er moet gedanst worden als een echte griezel. En als de muziek stopt, moeten de kinderen als een standbeeld blijven staan. Je geeft van te voren steeds een opdracht wat voor standbeelden je wilt zien; het standbeeld van een spook, een gemene heks, een houterig skelet, van een boze mummie en ga zo maar door. Wie beweegt als de muziek uit staat, is af. Wie blijft er het langste over?
Heksje mag ik overvliegen, ja of nee?
Dit is een variant op schipper mag ik overvaren. Vooraleer je kan beginnen, laat je de kinderen allemaal een grote stok zoeken (bv. In het bos). Deze gebruiken ze als bezem en moeten ze steeds tussen hun benen houden (tenzij dit onmogelijk is voor een bepaalde opdracht). Het liedje zelf gaat als volgt: ‘Heksje mag ik overvliegen, ja of nee? Moet ik dan een spreuk gebruiken, ja of nee?’. Als opdrachten kan je bijvoorbeeld zeggen dat ze achteruit moeten vliegen, met twee op een bezemsteel moeten overvliegen, moeten kruipen als een spin, als een heks moeten lachen…