Zeepkistenrace

1. Concept Spel

Deelnemers komen aan bij DDT-OKE Cars die zich vanochtend wil concentreren op het bouwen van de perfecte wagen/zeepkist. DDT is echter niet de handigste/snelste/Slimste, dus hij heeft de hulp van de deelnemers nodig om dit klaar te krijgen.

Alle deelnemers starten individueel aan het spel en strijden elk afzonderlijk om de grote winnaar van het spel te worden. (Voor sommige spelletjes zijn groepen nodig, daarom spelen we als opwarmer een spel waarmee we de groepsverdeling kunnen maken).

Het concept: Deelnemers spelen tegen elkaar kleine spelletjes, wie de spelletjes wint krijgt hiervoor punten. Deze punten kunnen gebruikt worden in de DDT OKE Cars- Webshop, waarbij de deelnemers attributen voor hun wagen kunnen aankopen (gaande van power-ups, …). Op het einde van het spel worden er 3 races tegen elkaar gespeeld waarin elke deelnemer kan ‘winnen’:
- Spel op XBOX (op basis van punten kunnen deelnemers een betere wagen kopen)
- Spel op VR (op basis van punten kunnen deelnemers een betere wagen kopen)
- RC wedstrijd over parcour (op basis van punten kunnen deelnemers een betere wagen kopen)

2. Spelverloop:
    

1. Kennismaking (10 minuten)
   Tikkertje Mario-cart: De VKB maakt een parcours waarop de deelnemers in één richting blijven lopen. Alle deelnemers krijgen een staart waaraan minstens 3 ballonnen hangen. Alle deelnemers starten op een (door hunzelf gekozen stuk van het parcours).
   Bedoeling is dat de deelnemers zo snel mogelijk de ballonnen van alle andere deelnemers kapot krijgen, men mag nooit in de tegenovergestelde richting lopen/vechten (je kan dus enkel ontkomen door sneller te lopen) en mag maximaal 1 ballon van de persoon voor hun kapot maken.
   
    
2. Uitleg Spel (zie punt 1. Concept spel)
    
3. Finale tonen (Xbox Parcour/ VR Parcour/ Parcour RC-wagen)
   
    
4. Effectieve Spel spelen

1. Dweilzwierenà de deelnemers worden in twee ploegen opgedeeld. De maken een lange rij tussen twee emmers. De eerste emmer is gevuld met water en een dweil. De eerste van het team pakt deze dweil en gooit deze door naar de volgende in de rij. De laatste wringt deze uit in de lege emmer en loopt terug naar voor met de dweil. De andere deelemers schuiven een plaats mee op. Iemand overslagen mag niet. Na x-aantal minuten, kijken we wie het meeste water heeft.
    
2. Te combineren spelen (gezien individueel karakter):
   1. Reflexen testen à Bop-it gebruiken. Persoon met de hoogste score wint
   2. Petanque met (auto)banden. Tennisbal gooien en met (auto) banden zo dicht mogelijk bij de tennisbal geraken.
   3. Rush hour spel met EPS kisten (Tomaat & EPS-186/…). Deelnemers moeten een bepaalde kist uit de parking krijgen.
      
       
3. Water in PVC buizen doorgeven (Estafette spel)
    
4. Bloempot Race: 3 teams strijden tegen elkaar op een gelijkaardig parcours tussen de bomen. Met behulp van een spuit dient men een plastic bloempot (die met behulp van de gaten in de bodem is geconnecteerd met het touw) verder te bewegen.
   Elke groep krijgt 1 emmer water, die steeds aan het begin van het parcours moet blijven staan.

5. Puzzel maken die voor alle deelnemers exact hetzelfde is
    
6. Blok Zeep van andere personen opdoen wanneer ze nog niet terug zijn van hun opdracht à Op het einde worden alle zeepjes gewogen, persoon met meeste gewicht wint.
   1. Kaartenhuis van 3 verdiepen maken (max 3 minuten)
   2. Spijker aan gat en dan in flesjes doen
   3. Even/oneven à Groep met het minste aantal stemmers stopt en mag de andere zeepjes gaan opmaken. Tussen elke ronde zit 30 seconden (kwestie van de personen die winnen wat meer tijd te geven)
   4. Pingpongballetje in glas/eierdoosjes krijgen (Deelnemers zitten op 3 à 4 meter van de eierdoosjes en moeten hun pingpongbal erin botsen/erin gooien.
   5. Mastermind met 5 plaatsen en cijfers van 1 tem 5
   6. Lepel in een bekertje flippen

7. Slingerloop: de deelnemers worden weer opgedeeld in 2 groepen. De eerste van elke groep loopt een afstand heen en weer. Als hij terug is, neemt hij de tweede mee enzovoort. We lopen 1 keer met zen allen samen en dan begint de afvalrace.

5. Finale
   Zie concept 1, deelnemers moeten op voorhand doorgeven waar ze hun punten op inzetten. Nadien configureert elke VKB het station waaraan hij/zij staat.
    
6. Evaluatie van het spel
   Deelnemers krijgen een klein kistje per deelnemer. Afhankelijk van hoe goed ze de blok vonden proberen ze dit kistje zo veel mogelijk te vullen.
   Goede blok = volle kist
   Slechte blok = lege kist