1. Om blessures te vermijden gaan we al onze spieren opwarmen. Hier kunnen jullie al 2 spierballen mee verdienen. Staartje trek De kinderen krijgen allemaal een staartje (hun sjaaltje ZONDER IETS ER AAN!) dat ze achteraan in hun broek moeten steken zodat de helft er nog uitsteekt. Dan lopen ze allemaal door elkaar rond en proberen het staartje van een ander kind af te nemen. Als een kind zijn staartje kwijt is gaat het aan de kant zitten. Het kind dat zijn staartje het langst kan houden is de winnaar. 2. De derde spierbal kunnen jullie verdienen door jullie kaakspieren te trainen. (1 bal) Haha ketting We gaan in een kring liggen, elk met het hoofd op de buik van een ander. De eerste speler begint met ‘Ha’ te zeggen. De volgende zegt 2X ‘Ha’ de derde zegt 3X ‘Ha’en zo gaan we de kring een aantal keren rond. Wedden dat iedereen snel de slappe lach zal krijgen? (als dit niet lukt moeten ze allemaal maar 1X’Ha zeggen) 3. Nu gaan we onze stemspieren trainen. (1 bal) Levende petanque Een bal wordt geplaatst aan de ene kant van het grasveld en de groep staat aan de andere kant. De eerste vertrekt en begint te lopen naar de bal terwijl ze aaaah roept, wanneer ze stopt met roepen - dus ook als ze begint te lachen - dan moet ze stoppen. De tweede vertrekt dan en die kan de eerste meenemen zodat ze allebei zo dicht mogelijk tegen de bal staan. Wanneer de tweede stopt met roepen, blijft ze ook staan en vertrekt de derde en zo verder. 4. De beenspieren zijn erg belangrijke spieren zullen we deze nog even trainen? (1 bal) Levende voetbal Je bent dus in twee ploegen verdeeld en iemand van de ene ploeg is 'de bal', en dan maar voetbal spelen. Je probeert over de lijn van de andere groep te geraken, aan de overkant van het veld... de leden van de andere ploeg moeten proberen 'de bal' te tikken, en het lid dat dit kan, wordt dan zelf 'de bal' en moet dan eveneens over de lijn van de andere ploeg geraken. Als je je rol als bal beu bent, kan je een medeploeglid tikken en hem dan de rol van bal geven. Eénmaal over de lijn is dus een punt en je moet dan gewoon zoveel mogelijk punten per groep scoren. 5. Om de 6de ,7de en 8ste spierbal te krijgen moeten we onze beenspieren trainen. (3 ballen) Kegelrace (2 kegels) Er staan 2 ploegen naast elkaar in een rij, rij A en rij B,voor een rij zo'n 20m staat een kegel (dus 2 kegels). De bedoeling is dat ze de kegel van de andere rij eerst omverduwen en dan hun voet op de kegel zetten . Maar dat gaat niet meer als hun kegel omgestoten is dus moeten ze hun stoel gaan halen en terug zetten en naar hun rij lopen en de eerste tikken zo dat die kan vertrekken en hetzelfde doen. Duwt nu bv. rij A de stoel van rij B om en hij kan daarna nog zijn voet op zijn stoel zetten dan heeft ploeg A 1 punt. 6. Deze spierbal kunnen jullie verdienen door jullie buikspieren te gebruiken. Limbo (1 stok/bezem) De kinderen moeten onder een stok(moni’s houden vast) door maar mogen niet bukken. Achterover hangen mag wel. Als iedereen geweest is, wordt de stok lager gehouden. Wie de stok raakt is uit het spel. (muziek is altijd welkom) 7. Nu gaan we onze denkspieren trainen. Doktertje knoop Iedereen (behalve één iemand) staat in een kring en geeft handen aan elkaar. De persoon die niet bij in de kring staat gaat even uit de ruimte of kijkt even niet. De bedoeling is om het er te laten uitzien als een hele warboel, dus ze gaan onder of over elkaars armen zonder elkaars handen los te laten. Wanneer het goed in de war zit, komt de persoon die niet bij in de kring stond er weer bij en probeert hij hen uit de knoop te halen. |