Piratenoorlog

We bakenen een gebied af met kegels. Dat is de zee. We maken 2 teams. Elk team heeft een piratenkoning/kapitein (een barkruk met een bidon op, met kleren aan), hij mag niet verplaatst worden, hij staat op een eiland. Het eiland is afgebakend met piketten en sjortouw. Het doel is om de kapitein van de tegenstanders te onthoofden (de bidon eraf gooien met een bal). In de zee liggen boten en sloepen (stoelen, bierbakken, paletten, tafels, banken, tonnen, platen...) en kanonskogels (ballen). De leden mogen deze verplaatsen, maar ze mogen de grond niet raken (anders zijn ze dood). Ze mogen er ook dingen mee bouwen. Op het eiland mogen ze de grond wel raken, maar daar kunnen uiteraard geen boten of sloepen komen. Je mag niet op het eiland van het andere team komen. Ze kunnen 3 handelingen uitvoeren:
1) een bal gooien: als iemand geraakt is (ook als hij hem vangt), is hij dood.
2) zich verdedigen. Met een voorwerp de bal afweren, je bent dan niet dood

3) een boot/sloep verplaatsen: je mag een voorwerp verplaatsen, maar ook daarbij mag je de grond niet raken.

Als je dood bent moet je alles neerleggen dat je in je handen hebt en een bepaalde boom (buiten het speelveld) gaan tikken. Je komt terug tot leven op het eiland.
Als de bal uit is, wordt hij in het midden van de lijn waar hij uit is gegaan teruggelegd, we zetten daar een waskom om de ballen in te leggen. De leden kunnen deze punten dus verdedigen.

Niet iedereen mag elke handeling uitvoeren. Er zijn 3 functies:
Verdediger (groene pet): mag geen ballen aanraken (dus ook niet gooien), mag dus wel dingen verplaatsen en zich verdedigen.
Aanvaller (rode pet): mag niet verdedigen. Als hij een voorwerp vast heeft en het wordt geraakt door een bal, is hij dood.
Ridder: mag niets verplaatsen. De ridders hebben een schild (bijvoorbeeld een lege bierbak). Dit schild houden ze altijd bij. Ze mogen alleen het schild en ballen vasthouden. Je mag niet op dit schild steunen.

Iedereen kiest op het begin van het spel een functie. Als je dood bent mag je van functie veranderen.


We verstoppen ook 20 Mozesmunten (pokerchips) in de zee. Als een team 4 Mozesmunten heeft, krijgen ze 20s vrij spel om dingen te verplaatsen, ze mogen daarbij de grond raken. De leden kiezen zelf wanneer ze hun munten gebruiken. Voordat ze mogen beginnen met dingen te verplaatsen, krijgen de leden van het andere team even de tijd om alles vast te pakken waar ze aan kunnen (zonder zelf te verplaatsen). Deze voorwerpen mogen niet verplaatst worden door het team dat de Mozesmunten gebruikt.
We spelen dit spel best in het bos, zodat leden zich kunnen verschuilen achter bomen en erin kunnen klimmen.

 

We kunnen als het saai wordt ook andere “gamemodes” doen.

-Gouden ballen: elk team heeft 1 “gouden bal”, als ze daarmee iemand kunnen aangooien, hebben ze een punt.

-Eiland veroveren: we bakenen drie eilanden af. We zeggen om de zoveel tijd een eiland. Het eerste team dat met het volledige team in het eiland staat, zonder dat er nog iemand van het andere team in staat, krijgt een punt. Leden die dood zijn komen niet terug tot leven op een eiland, maar op een bepaald punt aan de zijkant van het veld (elk team een ander punt). (3 driehoekige eilanden + in 2 hoeken van het veld een driehoekje waar leden terug tot leven komen)

-Kapitein: in elk team is 1 lid de kapitein. Hij moet in het kamp van de tegenstander geraken zonder aangegooid te worden. Als dit te moeilijk is, maken we 1 punt in het midden voor beide teams. Ook hier komen de leden niet terug tot leven op hun eiland.

 

Let op, het duurt meestal een uur om dit spel klaar te zetten, dus begin er op tijd aan, zeker als het je eerste keer is.

 

Als je nog meer super leuke spelletjes zoekt, bekijk dan zeker ook eens "Ladderbal"!

 

 

Materiaal

leden - zoveel mogelijk (relatief zachte) ballen - 20 pokerchips - x rode petten - x groene petten - 2 bidons of iets dergelijks (je kan er een gezicht op tekenen) - 4 kegels - 4 waskommen - 2 fluitjes (altijd handig) - bol sjortouw of afspanlint (om eilanden af te bakenen) - 13 piketten (om eilanden af te bakenen) - 2 barkrukken - piratenkleren - heel veel rommel (boten en sloepen)