Plakbal
Iedereen loopt rond op een niet te groot, niet te klein grasveld. Iedereen speelt tegen elkaar, er mogen geen samenzweringen zijn in de groep. Er zijn ongeveer 5 ballen in het spel. De bedoeling is om een bal te pakken en iemand er aan te gooien. Raakt een bal je dan moet je gaan zitten. Rolt er een bal op de grond dicht bij jouw en je zit op de grond, probeer die dan te pakken en achter je rug weg te gooien. Dan ben je weer vrij en kan je weer vrij rond lopen een mensen eraan gooien. Je speelt door tot iedereen op de grond zit en er nog 1 overblijft. Je mag als rondlopende in het spel meer dan 1 bal vastpakken en ze dan om de beurt weg gooien. Je mag lopen met de bal. Het is de bedoeling er zoveel mensen aan te gooien en als enige over te blijven.
Variaties
Je kan het spel ook met minder spelen en dan kan je het ook binnen spelen. Hoe meer spelers hoe meer ballen er in het spel mogen gegooid worden.
Opmerkingen
- Speel het spel niet te wild, en als je met meerdere kinderen bent speel het dan zeker op een grasveld, anders is de kans goor dat er iemand kan vallen en zich kan bezeren. - Speel het spel niet op een te groot veld, maar ook niet op een te klein. Op een te groot zou je de bal kunnen kwijtspelen. Op een te klein raak je snel te dicht bij elkaar. De grootte van het veld hangt af van hoeveel spelers er meespelen. Ik raad aan om ongeveer een terrein van 10 op 5 meter te gebruiken voor 10 spelers.
Materiaal
- 5 bal